Weekbrief 12 juni 2020

Lieve mensen,
Onze landelijke vereniging, Vrijzinnigen Nederland, bestaat 150 jaar.

Alle leden hebben, als het goed is, een exemplaar ontvangen van een jubileummagazine, getiteld Natuurlijk Vrijzinnig, meldt u zich anders even bij mij, want dan kan het alsnog aangevraagd worden. Ook als u meerdere exemplaren wilt kan dat. U vindt er artikelen in met terugblikken naar het verleden en vooruitblikken naar de toekomst. Leest u in dat verband overigens ook verderop in deze weekbrief het stuk dat Rob Nepveu geschreven heeft.

De eigenlijke jubileumviering is, i.v.m. de coronacrisis, verschoven naar 31 oktober. Het thema is ‘de maatschappelijke betrokkenheid van de vereniging en de leden’.  Een mooi thema, dat wat mij betreft weergeeft wat van belang is, hoewel het misschien wel eens wat te veel naar de achtergrond verdwijnt. Wat dan weer veroorzaakt wordt door alles wat ook van belang is, het onderlinge contact tussen de leden bv., juist in deze tijd, waarin we dat contact vooral telefonisch in stand moeten houden.

Overigens zal een aantal leden van de literatuurkring a.s. dinsdag weer bij elkaar komen, Peter Korver schrijft er  ook over in zijn stuk, zij het “op veilige wijze”. We gaan in de kerkzaal zitten in plaats van in de koffiekamer, zodat er meer ruimte is om afstand te bewaren. Maar het zal fijn zijn om elkaar weer gewoon te zien en te spreken.

Het bestuur heeft een nieuwe datum geprikt voor de uitgestelde ledenvergadering: wilt u dinsdag 13 oktober, 20.00 uur, vast in uw agenda noteren? Ook die vergadering uiteraard met in achtneming van de 1,5 m afstand en alle andere “corona-maatregelen”. De bijeenkomst zal plaatsvinden in de kerkzaal i.p.v. in de koffiekamer, zodat we voldoende ruimte hebben.

Ik wens u weer een goede week toe!

Marijke Katerberg-Muns


A.s. zondag, 14 juni, komt de dienst vanuit de Doopsgezinde kerk, met ds. Annegreet van der Wijk als voorganger. Kijkt u op www.dgbussum-naarden.doopsgezind.nl

Annegreet geeft bij die dienst de volgende inleiding:

De geest van Pinksteren waait over onze wereld!

We horen in het Matteüs evangelie (10:1-15) hoe Jezus zijn leerlingen de wereld instuurt.

En waar blijven wij in dit verhaal? Zijn wij de verloren schapen naar wie de leerlingen opzoek zijn of identificeren wij ons met de leerlingen, de brengers van het goede nieuws?

Wat klopt er deze dagen aan onze deur? Wat wil er gehoord worden en hoe kunnen wij gehoor geven, stem geven aan die doorgaande opdracht van gerechtigheid en vrede? Realiseren we ons dat dit een oproep is voor gelijkwaardigheid en diversiteit?

Wat in de voorbereiding van de viering door mijn gedachten is gegaan, maar niet in de opname terecht is gekomen, is het onderstaande stukje tekst.

‘Ik kijk door mijn venster.

Ik kijk niet door het venster van mijn buurman.

Maar als ik hem liefheb, en dat kan geen kwaad,

moet ik wel luisteren naar zijn beschrijving van wat hij ziet.

Ik zeg dan: ‘Sorry, dat zie ik niet, want ik kijk door mijn venster.

Maar ik hoor dat jij mij iets anders vertelt.’

Daarna ontdek ik twee dingen:

Ik ontdek dat de ander, mijn buurman, niet dezelfde wereld ziet als ik;

maar ik ontdek ook dat ik niet de hele wereld zie.

Dus tenzij hij gek is en ik een fanaticus ben of niet geluisterd heb,

hoor ik de ander iets vertellen over wat hij door zijn venster ziet en ik niet.

En dan zeg ik: ‘De wereld is nog veel mooier dan ik dacht.

Ik dacht dat ik alles zag en nu vertel jij dat er meer is.’ 

(Raimon Panikkar/ interview in de IKON-serie Via mystica, uit: Hein Stufkens:  ‘Geef het licht eens door.’)


Het nieuwe normaal

Komt de samenleving weer een beetje tot zichzelf en wordt alles weer een beetje ’normaal’? Misschien heeft iemand van u met het mooie weer al een keer gewandeld op de hei en op een terras een kopje koffie gedronken. Vorige week mocht ik weer naar de tandarts en de kapper. Volgende week mogen we weer op vakantie naar een groot aantal buitenlanden. In de Majellakapel is er dinsdag voor het eerst in ruim drie maanden een bijeenkomst. De literatuurkring bespreekt de roman Pastorale van Stephan Enter. Voor ouderen komen meer mogelijkheden om hun kinderen en kleinkinderen weer te ontmoeten.

Helemaal zoals ‘vroeger’, d.w.z. van voor 13 maart, wordt het niet. Er zal, zoals de minister-president het uitdrukte, een ‘nieuw normaal’ komen. Van social distancing, geen hand geven, thuis blijven en niemand ontvangen, komen we in een veranderde maatschappij, de ‘anderhalvemetersamenleving’.

Ik ben er al druk mee aan het oefenen. Zo vergaderde in De Kapel in Hilversum een werkgroep die uit zes mensen bestaat. Verspreid over een zaaltje stonden in een grote kring zes tafeltjes en stoeltjes opgesteld. De ramen waren geopend om een goede ventilatie te bevorderen. Om de beurt kwamen we binnen – na eerst de handen ontsmet te hebben – en apart verlieten we het lokaal ook weer. Een boekenkring met elf deelnemers werd gehouden in de kerkzaal, in een grote kring, op afstand van elkaar. En a.s. zondag is er de eerste normale kerkdienst. Normaal in de betekenis van: in aanwezigheid van bezoekers. Maar anders dan normaal: ze hebben zich van te voren moeten opgeven, er is een maximum van 30 aanwezigen, er mag niet gezongen worden en er wordt geen koffie na afloop gedronken. In de Majellakapel en de doopsgezinde kerk en nog een aantal kerken in Naarden-Bussum wachten we liever tot 1 september.

Ondertussen verlangen mensen er enorm naar om elkaar weer te kunnen zien en te spreken. Op onze vraag of de deelnemers aan de literatuurkring weer op 16 juni wilden komen, werd enthousiast gereageerd door de meesten! Enkelen durven nog niet en daar is alle begrip voor.

Het nieuwe normaal klinkt mij nog te opgewekt en té normaal in de oren. Natuurlijk is het fijn om eindelijk weer bij elkaar te komen. Maar het blijft verre van normaal dat we elkaar niet spontaan mogen omhelzen of zelfs maar een hand kunnen geven. Het is abnormaal dat we elkaar op afstand moeten houden omdat de ander een potentieel gevaar voor onze gezondheid is. Het druist in tegen onze menselijke aard. We willen elkaar even vastpakken, de kleinkinderen knuffelen, iemand een schouderklopje geven, vrienden die we weer ontmoeten een kus geven. Ik ben niet iemand die iedereen om de hals vliegt, maar ik houd wél van menselijk contact. Wie alleen woont, heeft al drie maanden geen enkel fysiek contact met een ander mens gehad. Dat is niet normaal.

Mijn mededogen gaat vooral uit naar al die ouderen die nu dertien weken opgesloten zitten in een verzorgings- of verpleeghuis. Alleen tussen de vier muren van je kamer. Alleen eten en geen sociale activiteiten. Niet weg mogen en geen bezoek mogen ontvangen. Geen aanraking. Dat is niet normaal en niet menselijk. Dat anderen ondertussen weer wel op een terrasje kunnen zitten, een museum mogen bezoeken en op vakantie gaan, zorgt voor een nare tweedeling in de samenleving.

Het nieuwe normaal? Dat we er voor elkaar zijn. Dat proberen wij als geloofsgemeenschap op de dan helaas niet-normale manier van opbellen, internetdiensten en weekbrieven. De eerste vaste voorganger die onze afdeling had, ds. Jan van Loenen Martinet, hield zijn laatste preek over de bijbeltekst ‘Draagt elkanders lasten en vervult alzo de wet van Christus’ (Galaten 6:2). U kunt er elke keer dat u (weer) in de Majellakapel bent het oog op laten vallen. De tekst is aangebracht in     een tekstveld rechts van de kansel.

Voor nu: een warme groet van uw voorganger,  Peter Korver


150 jaar NPB

In juni van dit jaar zou er een feestelijke bijeenkomst plaatsvinden ter gelegenheid van het 150-jarig bestaan van de NPB, later Vrijzinnige Geloofsgemeenschap NPB en ten slotte Vrijzinnigen Nederland geheten. Die bijeenkomst is verzet naar 31 oktober. Het is wellicht interessant even terug te gaan naar het verleden van onze vereniging.

Sinds het midden van de 19e eeuw ontwikkelde zich het Modernisme. Het Modernisme nam de wetenschap en wijsbegeerte zeer serieus en stond een zuiver wetenschappelijke bestudering van de bijbel en de ontwikkeling van het christendom voor. De Modernen trachtten het geloofsdenken in overeenstemming  te brengen met modern wetenschappelijk onderzoek.

Maar, anders dan gehoopt, stond de meerderheid van met name de leden van de Nederlands Hervormde Kerk niet open voor al die nieuwe inzichten. Vrijzinnigen misten daarom vaak een vrijzinnige prediking in de buurt. Daarom werd in 1870, naar het voorbeeld van de Duitse Protestantenverein de Nederlandse Protestantenbond opgericht. In de kerkhoudende afdelingen daarvan konden vrijzinnigen, afkomstig uit verschillende kerken, een door hen gewenst vrijzinnig geluid horen. Allerlei afdelingen van de Bond namen predikanten, afkomstig uit de Hervormde Kerk of uit de Remonstrantse Broederschap, als predikant-voorganger, zoals dat heette, in dienst. De leden waren bijna allemaal lid van een kerk èn lid van de NPB.

Vanaf ongeveer 1875 kwam de naam Vrijzinnig Protestantisme in zwang in plaats van Modernisme. Dat  Vrijzinnig Protestantisme begon zich meer in de richting van de kerken te bewegen. Zo ging de NPB ook meer naar de kerken neigen. Het werd gebruikelijk dat predikant-voorgangers van de NPB jongeren godsdienstonderricht gaven dat hen voorbereidde op het doen van belijdenis in een der kerken. Binnen het Vrijzinnig Protestantisme kon men twee stromingen onderscheiden, een linker en een rechter. De linker groep ging uit van vooral de rede, de rechter van vooral openbaring. Velen zaten er echter tussenin met meer of minder verwantschap met een van beide stromingen. In feite zie je die twee stromingen nog steeds, evenals het feit dat er steeds mensen zijn gebleven die tussen die uitersten moeten worden geplaatst.

Vele jaren zaten vertegenwoordigers van vrijzinnige kerken in het hoofdbestuur van de NPB. In de vorige eeuw is daaraan een einde gekomen. Dat gaf de NPB de mogelijkheid meer een eigen koers te varen. Zo kon men een twee-sporenbeleid ontwikkelen. Het eerste spoor is meer traditioneel-kerkelijk. Het tweede is religieus-humanistisch. Men moet stellen dat de meerderheid der leden en van de voorgangers tot het eerste spoor behoort. Maar tegelijk moet men vaststellen dat men toch de vrijheid heeft gegeven om activiteiten, passend bij het tweede spoor, te ontwikkelen. Je kunt denken aan o.a. bepaalde cursussen en gespreksgroepen met een filosofische belangstelling. Ook bezinningsbijeenkomsten horen daarbij. Het is begrijpelijk dat de meerderheid, gevormd door mensen van het eerste spoor, het wenselijk vindt dat onze vereniging Vrijzinnigen Nederland via een gastlidmaatschap met de Raad van Kerken verbonden blijft. De mensen van het tweede spoor stellen, dat onze vereniging geen kerk is, noch exclusief christelijk, en dus niet bij de Raad van Kerken behoort. Maar uiteraard erkennen zij het feit dat de stem van de meerderheid het beleid bepaalt. Trouwens, onze vereniging werkt ook samen met de Humanistische Alliantie.

Het is steeds een bijzonder gegeven, dat men zich in onze Bond met elkaar verbonden blijft voelen, ondanks verschillen van inzicht. We zijn ons ervan bewust dat onze “rugzakjes” (ds. Klaas Hendrikse) een verschillende inhoud bevatten. We kennen allen een eigen ontwikkelingsgeschiedenis en verschillen dus van elkaar.

We vieren het feit, dat onze vereniging 150 jaar bestaat en zien tegelijk dat het niet goed met haar gaat. Er zijn grofweg drie soorten afdelingen. De eerste weet het nog aardig te redden. De financiële positie is nog goed, het aantal leden redelijk en de bestuurskracht gezond. De tweede soort kampt met de financiën, het geringe aantal leden, dat nog steeds verder afneemt, en een geringe bestuurskracht. De derde soort ziet een spoedige opheffing van de afdeling als onvermijdelijk.

In ons geval bevinden we ons bij de afdelingen van de tweede soort. Door samenwerking met anderen weten we nog een tijdje door te kunnen gaan. Daardoor blijft de onderlinge band der leden bestaan. We zijn echter op een punt gekomen waar speculaties over hoe de toekomst er uit zal zien m.b.t. vrijzinnige religiositeit niet zinvol zijn. Nieuwe generaties zullen hun weg gaan en mogelijk putten uit onze waardevolle traditie. Maar het zal waarschijnlijk alles anders worden.

Ik moet hier denken aan een ontwikkeling in mijn vak, de godsdienstwetenschap. Aan het einde van een lange carrière als hoogleraar in Amsterdam schreef prof. dr. C.J. Bleeker dat hij en zijn generatiegenoten het vak op een bepaalde manier hadden beoefend, maar dat een nieuwe generatie maar zijn eigen weg, een andere, moest gaan. Dat is wat wij als senioren, denk ik, ook moeten aanvaarden bij het verdwijnen van onze vereniging, vroeger of later. Nieuwe generaties moeten en zullen hun, een andere, weg vinden. Maar onze NPB heeft in ieder geval voor heel veel mensen 150 jaar lang veel betekend. Dat is een dankbaar gedenken waard.
Rob Nepveu


“Wat houd je bezig?”

Nu we toch nog een poosje doorgaan met online-diensten en digitale weekbrieven zoeken we naar meer mogelijkheden om elkaar te bereiken en ervaringen met elkaar te delen. De telefooncirkel loopt goed, maar de weekbrief kan ook een prima middel zijn. Daarom kwamen Joke en ik op het idee om een nieuwe rubriek te starten en u te vragen om iets te vertellen over waar u mee bezig bent, op welke manier u uw dagen vult of wat u inspireert.

Als u dat wilt kunt u natuurlijk ook een mooi gedicht of een mooi citaat opsturen.

We zijn benieuwd waar u mee komt!

U kunt het sturen naar Joke (jokewerner@planet.nl ) of naar mij (gkaterberg@solcon.nl  of Kamperfoeliestraat 7, 1402 GC  Bussum)

Marijke Katerberg

Hieronder vindt u een eerste bijdrage:

Ooit nam ik in een overdenking een gedeelte van een gedicht van Wislawa Szymborska op. Ik gebruikte dat om het onbewust leven te illustreren. Het ging zo:

                               Ik heb alledaags werk verricht,
                             alsof dat alles was wat ik moest doen.
                             Inademen, uitademen, stap voor stap, verplichtingen,
                             maar zonder een gedachte die verder reikte
                            dan de deur uit en weer terug naar huis.

Nu in de huidige tijd van het coronavirus met zijn bezorgdheid, angst soms, gemis enz. enz. verlang ik soms even terug naar die onbewustheid van het gedicht.

Joke Werner

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *