Weekbrief 17 april 2020
Lieve mensen,
Wonderlijk, zoals we, hoewel ver van elkaar verwijderd, toch samen Pasen konden vieren. Het kon door naar opgenomen diensten te kijken, waarvan je wist dat anderen er ook naar keken. Het kon door elkaar te bellen en zo het gevoel van Pasen met elkaar te delen. Het kon door het lezen van de teksten in de weekbrief.
Voor de komende zondagen zijn er opnieuw plannen om diensten op te nemen en daarvoor wordt zoveel mogelijk samengewerkt met de Doopsgezinde gemeente en de Huiskamergemeente (die geen eigen gebouw heeft, maar wel steun verleent). Een enkele keer wordt u verwezen naar een dienst van de Remonstranten of van de Kapel in Hilversum.
A.s. zondag gaat ds. Peter Korver voor in de Kapel in Hilversum. Die dienst kunt u beluisteren via www.dekapel.nu . U heeft geen aparte link nodig, op de website ziet u een foto die verwijst naar de betreffende dienst. Die kunt u aanklikken. De tekst van de overweging sturen we mee met deze weekbrief, zodat degenen die geen Internet hebben ook mee kunnen doen. We leren steeds bij !
Wat we ook steeds beter leren is, om aandacht voor elkaar te hebben, het te zien, als ergens hulp nodig is, tijd voor elkaar vrij te maken, en meer aandacht voor het milieu te hebben. Winst in een overigens ellendige tijd. Denkt u dan ook wel eens: kon dat maar zo blijven, ook als straks de coronacrisis weer voorbij is. We hebben de beste voornemens, maar wat komt ervan terecht?
Ik geef u daarover een kort gedichtje:
Net als in vroeger tijd
De grote vijver was dichtgevroren.
De kikkertjes, in de diepte verloren,
konden niet langer kwaken en springen,
maar beloofden elkaar, half in hun dromen:
mochten ze eenmaal weer bovenkomen
dan zouden ze als nachtegalen gaan zingen.
Het dooide en ’t ijs smolt aan alle kant.
Ze peddelden opwaarts en gingen aan land
en zaten daar breed en eigengereid
en … kwaakten net als in vroeger tijd.
Goethe
Maar wìj gaan het vast anders doen!
Marijke Katerberg-Muns
Telefooncirkel
Meerdere keren is hier al melding gemaakt van de telefooncirkel die Joke Werner opgezet heeft.
Misschien vraagt u zich af wat dan eigenlijk de bedoeling is. Wel, heel eenvoudig: Joke heeft een lijst van de mensen die meedoen en zij maakt daar iedere keer een andere volgorde van. Joke belt de eerste van de lijst, die daarna de tweede, enz., tot de laatste Joke belt en de cirkel rond is. Doordat de volgorde steeds wisselt krijg je iedere keer een gesprekje met iemand anders en leer je dus ook steeds iemand anders wat beter kennen. Heel verrassend soms!
De gesprekjes gaan verder dan alleen even vragen hoe het met iemand gaat. Er wordt van alles gedeeld, zoals hobby’s of werk. Het gaat dus om meer dat een ‘hoe gaat het’ en door middel van deze telefooncirkel is er toch een vorm van verbondenheid binnen de Majellakapel.
U kunt meedoen, als u dat wilt. Meldt u zich dan even bij Joke aan via jokewerner@planet.nl of 035 -69 80 908.
Verliezen maakt je ziel zacht en je hart groot
Herinnert u zich nog de oudejaarsconference van Claudia de Breij? Die hield zij nog geen vier maanden geleden, maar het lijkt inmiddels een eeuw geleden. Er is ook zoveel gebeurd. Ik ben inmiddels, misschien net als u, gaan denken in termen van een ‘voor de coronacrisis’ en een ‘tijdens de huidige crisis’. Hopelijk komt er een moment dat we ook kunnen spreken over een ‘nà de crisis’, zoals onze (groot)ouders het hadden over ‘voor de oorlog’ en ‘na de oorlog’.
Claudia de Breij nu kon in december bij het schrijven van haar conference nog geen idee hebben van wat ons te wachten stond. Maar onbedoeld bereidde zij ons voor op de wereld die blijvend anders zou gaan worden. Ze zei: “Alles verandert, er is geen ontkomen aan. Angst voor veranderingen is er altijd geweest. Maar veranderen móet.” Nu weten we dat je daarbij pas wint als je eerst een goed verliezer kunt zijn. “Verliezen maakt je ziel zacht en je hart groot.”
‘Verliezen’ is een woord dat goed past bij wat we nu doormaken. We verliezen ons gevoel van onaantastbaarheid. We zijn allemaal gewoon kwetsbaar. Een onzichtbare en meedogenloze vijand, een virus kan ieder van ons onderuit halen. We dachten eerst: dat virus raakt een regio in China, niet ons. Toen, dichterbij: dat raakt die altijd feestvierende Italianen en Brabanders, niet ons. En toen het nog dichterbij kwam, stelden veel jonge mensen zich gerust met de gedachte: alleen oude en kwetsbare mensen worden slachtoffer. Maar wie voelt zich nù nog onkwetsbaar? Het verliezen heeft niet alleen betrekking op je gezondheid. Hoeveel mensen hebben niet plotsklaps hun inkomen verloren, nu winkels, horeca en theaters gesloten zijn en er geen toerisme is en geen internationaal vliegverkeer? We verliezen hard door een onontkoombare economische crisis. We verliezen een stuk persoonlijke vrijheid om te gaan en te staan waar we willen. Maar misschien is het hardste verlies wel dat aan contact, nu we aan ‘sociale onthouding’ moeten doen. Die raakt de een harder dan de ander. Wie in gezinsverband woont ontbreekt het niet aan al het gewone dagelijkse verkeer. Je zingt (met dank aan Ramses Shaffy), vecht, huilt, bidt, lacht, werkt en bewondert de hele dag door, zoals altijd. Je mist alleen wel je vrienden op school, op het sportveld, in de kroeg. Wie alleen woont maar gezond is, gaat nog vaak naar zijn of haar werk en kan ‘een frisse neus halen’. Wie een tuin heeft, voelt zich minder opgesloten tussen vier muren dan iemand die vier hoog in een flat woont.
De grootste verliezers van deze crisis zijn – zoals altijd – de armsten en de kwetsbaarsten. Ik denk aan die ouderen onder ons die in een verzorgingshuis wonen. Ze verliezen hun vrijheid, want ze mogen hun kamer al wekenlang (liever) niet uit. Ze verliezen de gewone omhelzing, de kus, de aanraking van hun dierbaren. Ze verliezen bovendien elk gevoel van veiligheid, want zijn ze veilig voor het virus nu ze gedwongen in huis moeten blijven?
We verliezen met zijn allen door letterlijk op afstand van elkaar te moeten leven. De ander gaan we zien als een potentieel gevaar. Geen handen schudden, geen kus geven, met een boog om die andere winkelbezoeker heen lopen. De ‘anderhalve-meter-afstand-maatschappij’ is gekomen en gaat ons voorlopig niet meer verlaten.
Claudia de Breij meende dat verlies je ziel zacht maakt en je hart groot. Ook dat zien we volop de laatste weken. U en ik voelen meer mee met de kwetsbaren, omdat we ineens beseffen ook zelf kwetsbaar te zijn. Onze ziel wordt zacht. Ik heb eindelijk contact gelegd met die alleen wonende buurman van 80 en haal boodschappen voor hem. Net als bijna iedereen is de waardering gegroeid voor al die mensen in de zorg en het onderwijs die bewust risico’s lopen als dat nodig is om anderen te helpen. Ons hart wordt groot. Dat is geen verlies. Het is winst.
ds. Peter Korver
Op weg naar het onbekende
Tussen alle beschouwingen over het Corona-virus zijn er sommige gewijd aan de situatie nà de pandemie. Het is vanzelfsprekend dat niemand met stellige zekerheid kan voorspellen hoe de toekomst er uit zal zien. Het is een bekend feit, dat zelfs in normale tijden de toekomst zich maar moeilijk laat voorspellen. We zien dat bij de berekeningen van het Centraal Planbureau. Met behulp van computermodellen rekent men bv. de plannen van politieke partijen door. Zo kan men vaststellen wat het effect van die plannen zal zijn. Maar het is onvermijdelijk dat die berekeningen uitgaan van een bestaande situatie. Die kan echter zomaar veranderen en dan zijn al die berekeningen meteen achterhaald. Dat geldt ook met betrekking tot economische verwachtingen. Voor een groot deel is economie een gedragswetenschap. En het gedrag van mensen is vaak grillig, onvoorspelbaar.
In het verleden had je geleerden die op grond van het verleden de toekomst trachtten te voorspellen. Denk aan prof. dr. Fred. L. Polak, schrijver van het tweedelige boek De toekomst is verleden tijd. Maar er zijn zo veel factoren in het spel en de werkelijkheid is zó ingewikkeld geworden, dat de mogelijkheid met enige zekerheid de toekomst te voorspellen uiterst beperkt is. Toch zijn er dingen die wel kunnen worden verwacht. Het is een feit, dat er een klimaatsverandering plaats vindt. En het valt niet te ontkennen dat de mens hierbij een rol speelt. De meeste deskundigen op dit gebied waarschuwen dan ook dat als de mens geen maatregelen treft, die verandering van het klimaat op een zorgelijke manier toeneemt, met alle kwalijke gevolgen van dien.
Ook al kun je niet precies uitrekenen hoe die toekomst er uit zal zien, zeker is wel wat er gebeurt als de mens gewoon op de oude voet doorgaat.
Zeker is ook dat, terugkerend naar de pandemie van dit ogenblik, de economische gevolgen daarvan enorm zijn. Men kan zich niet voorstellen dat in korte tijd alles weer ten goede keert.
Natuurlijk is het triest voor al die mensen die door dit alles hun bedrijf te gronde zien gaan, en voor allen die hun baan zullen verliezen. Maar misschien zullen velen ook beseffen dat we met wat minder welvaart toe kunnen. Dat geldt althans voor diegenen die, zoals de meesten van ons, een rijk bestaan kennen. In dat geval kan wat minder welvaart gepaard gaan met een grote(re) mate van welzijn.
Misschien gaan we dan ook wat meer aandacht geven aan niet-materiële waarden, die een verrijking betekenen voor ons bestaan.
dr. Rob Nepveu
Natuur
De groene weiden houden brede luchten in hun handen
waarop de koeien hoekig afgetekend staan in tegenlicht;
ja, aan dit landschap zal ik steeds mijn hart verpanden,
steeds moet ik kijken naar ied’re speling van het licht.
Het oker van de zware grijze luchten
geeft aan geheimzinnig slingerende sloten
zijn goudgeel wazig lichte schijn.
Een steeds weer heb ik heel intens genoten
een deel van die natuur te zijn.
Dick Werner (uit ‘Er is meer dan ik zie’)
Viering 19 april 2020: Eerder een gevoel van stille zaterdag (voorganger ds. Peter Korver)
Welkom bij deze online viering vanuit de Kapel, het huis van de Vrijzinnige Geloofsgemeenschap Hilversum. Een plek waar mensen graag samen komen, samen luisteren, zingen en bidden en samen ook koffie drinken en elkaar ontmoeten. Zolang als dat niet mogelijk is deze internetvieringen. U bent zo toch verbonden met het gebouw, met de voorgangers en met dat wat wij met elkaar willen delen.
Bemoediging en groet
Wij komen hier samen rond het licht van het begin,
licht dat schijnt in de duisternis,
licht dat leven wakker roept,
dat hoop en vreugde geeft,
dat met ons meegaat op onze weg.
Licht en vrede zij met ons
en met de wereld waarin wij leven.
Lied 600, Licht, ontloken aan het donker : 1, 2, 5
Lezen: Johannes 20 : 19-23
Toen het avond werd op die eerste dag van de week, zaten de leerlingen in huis. Ze hadden de deuren dicht gedaan, want ze waren bang voor de Joodse leiders. Plotseling stond Jezus bij hen. Hij zei: “Ik wens jullie vrede toe!” Daarna liet Hij hun zijn handen en zijn zij zien. De leerlingen waren blij toen ze de Heer Jezus zagen. Jezus zei opnieuw tegen hen: “Ik wens jullie vrede toe! Net zoals de Vader Mij heeft gestuurd, stuur Ik ook jullie.” Toen blies Hij op hen en zei: “Ontvang de Heilige Geest. Als jullie iemand vergeven wat hij verkeerd heeft gedaan, dan is het hem ook vergeven. Als jullie iemand niet vergeven wat hij verkeerd heeft gedaan, dan is het hem ook niet vergeven.”
Lied 644 : 1
Overdenking
Vorige week zondag was het paasfeest. Zo goed en zo kwaad als dat ging hebben we het gevierd. Iedereen thuis, en velen van u die nu kijken, voor het scherm van hun laptop of pc om in ieder geval de vertrouwde plek van de Kapel te zien en de vertrouwde gezichten van de voorgangers. Maar zonder interactie en zonder de ontmoeting met anderen, het samen zingen en het samen koffie drinken. Laat ik eerlijk zijn. Ik had er moeite mee om te praten van de overwinning van het leven op de dood, van opstanding. Dat klinkt wat geforceerd als we zelf nog lang niet de strijd gewonnen hebben die we voeren tegen de macht van het kwaadaardige coronavirus. Nee, vorige week was en ook deze week is er geen innerlijke behoefte om de paasjubelzang aan te heffen, die ik ieder jaar hoor en meezing als ik naar een paaswake ga, in de nacht voor Pasen. Daar wordt altijd jubelend gezongen:
Laat juichen heel het hemelkoor van eng’len.
Laat juichen om die grote Koning,
juichen om de overwinning!
Laat de trompetten klinken in het rond!
Nee, er was met Pasen geen gevoel van laten we juichen, hooguit om met de minister-president even een pff te laten ontsnappen. De regering en ook wij waren immers rakelings langs de afgrond geschampt in de coronacrisis, toen een week lang er een acuut tekort aan IC-capaciteit dreigde. Op het laatste moment kwamen de 2400 bedden er. “Een van de heel weinig momenten om even met elkaar ‘pfff’ te zeggen”, liet de premier zich ontvallen. Pasen dit jaar bleef voor mij steken in het gevoel van Stille Zaterdag. Op vrijdag, Goede Vrijdag, heeft de Mattheüs Passion geklonken. De woorden én de muziek hebben ons toen indringend betrokken bij het lijden en sterven van Christus, bij thema’s van verraad, lafheid, geweld, angst, dood en verdriet. Tussen de overwinning die het kwade en de dood hebben behaald op vrijdag en de overwinning die het goede en het leven behalen op de paasmorgen, ligt één dag van stilte, dat de emoties even tot rust komen en we proberen tot onszelf te komen. Stille Zaterdag. In de Katholieke Kerk wordt op Stille Zaterdag net als op Goede Vrijdag de maaltijd van brood en wijn, de Eucharistie in het geheel niet gevierd. In tegenstelling tot Goede Vrijdag wordt op Paaszaterdag zelfs het brood, de ouwel, de hostie, de Heilige Communie niet uitgereikt. Het is een dag van bezinning. Er wordt teruggekeken op het lijden en sterven van Jezus Christus, die op de sabbat in zijn graf rust.
Deze dag heeft een grote spirituele lading. Als de gelovigen op Paaszaterdag in de stilte van hun hart het graf van Christus bezoeken, komen zij tot het besef dat hij werkelijk gestorven is. Er gaat niemand naar het graf, waarin Jezus de dag tevoren is gelegd. Het is immers sabbat, de laatste dag van de Joodse week waarop volledige rust in acht moet worden genomen. De Joodse volgelingen van Jezus houden zich daaraan. Het herinnert mij aan de volledige rust en stilte die wijzelf in acht moeten nemen, gedwongen niet door een godsdienstige wet, maar door een dwingende maatregel, waar we allemaal achter staan. Er gaat niemand waar dan ook heen, nou ja, op die enkelingen na dan die bezweken voor de verleidingen van de Bollenstreek, met al die vrolijke, fleurige bloemen. Nee, ook voor ons eerder een stilte nadat de eerste en wie weet de ergste klappen gevallen zijn. We verkeren in de week van pff, van voorzichtige opluchting, over iets gunstiger cijfers over de corona-epidemie. Maar we zijn er nog lang niet. Het is als die avond op die eerste dag van de week dat de leerlingen in huis zaten. Net als wij nu. Ze hadden de deuren dicht gedaan, want ze waren bang voor wat er van buiten op hen af kon komen. Net als wij. Ook zij hadden al gehoord van de opstanding van Christus, maar het was een boodschap van weinig geloofwaardigheid. Net als wij nog geen opstanding zien uit de situatie waarin wij verkeren.
Een eerste voorzichtig optimisme, een eerste stilte, ze bieden een beetje ruimte voor bezinning. Wat is er gebeurd, wat staat ons te doen om te voorkomen dat deze rampen ons zo kunnen treffen? Is de tijd van massaal rond de aardbol vliegen, van massale events en feesten voorbij? We horen de vogels weer zingen. Maar de zorgen blijven. Voor de mensen van wie wij houden, de kwetsbare mensen. Kwetsbaar omdat zij oud of niet optimaal gezond zijn, kwetsbaar omdat zij ineens geen werk en geen inkomsten hebben, kwetsbaar omdat ze gedwongen in een onveilige thuissituatie zijn opgesloten.
Nee, Pasen is het voor ons gevoel, denk ik, nog niet. We weten dat we na deze crisis voor grote vragen, grote keuzes staan. Maar voordat we nieuwe antwoorden geven, is het nu Stille Zaterdag voor de Nederlandse samenleving, voor de wereld. Pasen moet het nog gaan worden. Dat is de nieuwe, de toekomstige wereld waar meer compassie en minder bezig zijn met jezelf de overhand hebben. Is die niet al een beetje begonnen? Zag u ze ook op tv? Als er corona uitbreekt in een Haagse zorgwoning voor verstandelijk gehandicapten, twijfelen de medewerkers geen moment. Ze gaan niet meer weg, ook niet als ze zelf koorts krijgen. ‘Ik hou van ze, echt van allemaal.’ Het ontroert, het zet aan het denken, het zet ons aan om meer in samen, in compassie te gaan leven. Maar dan spreken we niet meer van Pasen, maar van het Koninkrijk van God, Gods nieuwe wereld. Amen.
Lied 644 : 2
Gebed
Het is stil op straat
een kwaad virus waart als een spook rond over uw wereld en wij weten niet hoe en wat en hoelang.
Richt onze ogen op U, kracht ten leven, bron van liefde.
Leer ons leven in het spoor van de opgestane, Jezus van Nazareth, een spoor van mededogen en betrokkenheid.
Leer ons voorbij onze eigen angsten er te zijn voor elkaar.
Schenk ons uw goede Geest om te vertrouwen op een nieuwe morgen.
Amen.
Zegen
Lied 657, Zo lang wij adem halen 1, 4